14 maart 2022, bedekking door (1064) Aethusa.
Zeven waarnemers uit Nederland, Duitsland en Tsechië nemen op 14 maart 2022 de planetoïde (1064) Aethusa waar. Alleen de waarnemer in Nijmegen ziet een
bedekking optreden van 4 seconden.Uit de bedekkingsduur kan opgemaakt worden dat Aethusa minimaal 23 km groot moet zien. De planetoïde loopt iets voor op
zijn berekende baan, ruim 1 seconde.
8 maart 2022, bedekking door (778) Theobalda.
Theobalda wordt door drie waarnemers waargenomen, en alle drie zien een bedekking optreden. Vanuit
Zeddam bedekt Theobalda gedurende 7,04 s de ster, vanuit Nijmegen duurt de bedekking 8,64 s en vanuit
een Duits plaatsje vlakbij Sittard bedekt Theobalda de ster gedurende 6 seconden. Uit deze meetresultaten
is in het waarneemvlak een grootte berekend van Theobalda van 76,3 * 59,2 km. De gemeten positie van
Theobalda komt goed overeen met de berekende positie.
De drie bedekkingskoorden van Theobalda. Koorde 1 vanuit Duitsland bij Sittard, koorde 3 vanuit Nijmegen
en koorde 4 vanuit Zeddam. De stippellijn 3 is het berekende pad van het middelpunt van Theobalda.
5 maart 2022, bedekking door (618) Elfriede.
Vanuit Zeddam, Emmendingen (D) en Feldmark (D) is op 5 maart een bedekking
waargenomen door Elfriede. In Feldmark duurt de bedekking 24,9 seconden, in
Emmendingen duurt deze 13,7 seconden en vanuit Zeddam maar liefst 38,4
seconden. Ook vanuit Gnosca (Zwitserland) is de planetoïde waargenomen, maar
daar wordt geen bedekking gezien. Uit de resultaten is berekend dat de
afmetingen van de planetoïde in twee vlakken 144 * 130 km moet zijn. Ook ligt
de werkelijke baan van Elfriede ongeveer 50 km naast de berekende baan en
loopt de planetoïde 1 seconde achter in zijn baan.
In de figuur hiernaast zijn de bedekkingskoorden van Elfriede weergegeven.
Koorde 1 is vanuit Zeddam, 2 vanuit Emmendingen en 3 vanuit Feldmark. De
stippeltjeslijn geeft de berekende baan voor het middelpunt van Elfriede weer.
27-02-2022, bedekking door (8864) 1991VU.
Vanuit Zeddam waargenomen heeft planetoïde (8864) 1991 VU gedurende 1,9 seconde een ster bedekt. Uit deze tijdsduur is berekend dat 1991VU tenminste een
diameter van 4,4 km moet hebben. verder zijn van deze bedekking geen waarnemingen bekend.
12 februari 2022, bedekking door (2892) Filipenko.
Voor een waarnemer in Nijmegen en een waarnemer in Tsechië bedekt Filipenko een zwakke ster met
een helderheid van magnitude 14,3. In Tsjechië duurt de bedekking 3 seconden, in Nijmegen slechts
1,8 seconde. Een waarnemer in Zeddam en een waarnemer in een iets noordelijker gelegen plaats in
Tsjechië zien de planetoïde net langs de ster gaan.
De grootte van Filipenko is niet goed bekend, maar uit de waarnemingen kan afgeleid worden dat
deze teminste 63 km moet zijn.
In de figuur is de lichtcurve van de bedekking vanuit Nijmegen weergegeven. Elke punt in de grafiek
geeft een videoframe weer met een belichtingstijd van 0,64 s.
20 januari 2022, bedekking door (331)
Etheridgea.
De naar schatting 86 km grote planetoïde
Etheridgea heeft op 20 januari 2022
omstreekts 18:46 UT voor waarnemers in
Zeddam en Nijmegen een ster bedekt van
magnitude 14,1. Omdat Etheridgea op dat
moment zelf iets helderder is dan de ster, is de
gecombineerde helderheid omstreeks
magnitude 13,3. Tijdens de bedekking is er
alleen een kleine lichtafzwakking zichtbaar.
Vanuit Zeddam wordt een bedekkingsduur van
7,2 seconden gemeten, wat hoger is dan de
voorspelde maximale bedekkingsuur van 6,1 s.
Dat betekent dat Etheridgea iets groter moet
zijn dan eerder aangenomen is, namelijk
minimaal 90 km. Waarschijnlijk zat de
waarnemer ook vrij aardig in het centrum van
het bedekkingspad. Vanuit Nijmegen gezien
duurde de bedekking 6,1 s.
Het helderheidsverloop van Etheridgea voor,
tijdens en na de bedekking (geel).
De belichtingstijd is hier 0,64 s; er zitten dus
16 videoframes in één meting. De groene en
rode meetpunten zijn referentiesterren. Links
de helderheid (flux) en onder de tijd.
25 december 2021, bedekking door (1629) Pecker.
‘s Avonds omstreeks 20:35 UT is er vanuit Zeddam een bedekking waargenomen door de planetoïde Pecker met een duur van 0,5 s. De minimum diameter van
Pecker wordt hieruit berekend op 6,5 km. Vanuit Nijmegen, ongeveer 8 km ten zuiden van de bedekkingslijn welke over Zeddam ging, is geen bedekking
waargenomen.
11 november 2021, bedekking door TNO (84522) 2002 TC302.
Op 11 november heeft het Trans Neptunus Object (84522) 2002 TC302 voor veel
waarnemers een ster bedekt met een helderheid van magnitude 12,0. Ruim 130
waarnemers uit Europa en Noord Amerika hebben geprobeerd de bedekking waar
te nemen. Slechts 66 waarnemers kunnen een waarneming doen, de overigen
zitten met een bewolkte hemel. Zeventien waarnemers zien daadwerkelijk een
bedekking optreden. Uit de waarnemingen blijkt dat de werkelijke baan een kleine
500 km afwijkt ten opzichte van de berekende baan. De uit de waarnemingen
afgeleide grootte van de TNO is 530 * 469 km (+/- 2 k/m). Er zijn geen
begeleiders van de TNO ontdekt.
Op de figuur hiernaast zijn de koorden van de waarnemingen weergegeven. De
stippeltjes lijn geeft het voorspelde pad van het centrum van de TNO weer.
Nederland ligt uiteindelijk ver buiten de bedekkingszone. Vanuit Zuid Frankrijk en
vanuit de VS is de bedekking wel te zien. Ook waarnemers uit Spanje zien geen
bedekking.
12 oktober 2021, bedekking door (2) Pallas.
De ruim 500 km grote planetoïde Pallas bedekt om even na negen uur ‘s avonds
een vrij heldere ster van magnitude 9,2. Het is op veel plaatsen in West Europa
redelijk helder weer en 21 waarnemers zijn in staat de bedekking waar te nemen
vanuit Nederland, Duitsland, België, Frankrijk en Spanje. Vijftien daarvan zien
daadwerkelijk een bedekking optreden.
De bedekkingszone loopt ongeveer van noord naar zuid. De rand van de bedekking
gaat net enkele honderden meters westelijk langs Zeddam. De waarnemer in
Zeddam ziet geen bedekking, terwijl iemand in Spanje, waarvan de koorde slechts
3 km westelijker loopt, wel een bedekking van enkele seconden ziet. Ook vanuit
Nijmegen is een bedekking te zien van 16 s. De langst gemeten bedekkingsduur,
van een waarnemer die in het centrum van de bedekkingszone zit, is 37 seconden.
De baan van Pallas is goed bekend, dus uit de waarnemingen zijn geen nieuwe
afwijkingen voortgekomen. Wel krijgt het bestaande 3D model van Pallas mogelijk
een kleine aanpassing.
In de bijgaande figuur zijn de waarneemkoorden van alle waarnemers op het
bestaande Damit 3D-model gezet.
Uit de waarnemingen is de grootte van Pallas in het waarneemvlak berekend op
563,2 bij 501,8 km, met een nauwkeurigheid van ongeveer 2,8 km.
De figuur komt van de Euraster website, waarop alle (positieve) waarnemingen
bewaard worden. (www.euraster.net).
31 juli 2021, bedekking door (14356) 1987 SF6.
Om 20:43:10 UT is vanuit Zeddam een bedekking waargenomen van de ster
UCAC4 380-114480 met een helderheid van magnitude 11,6 door de
planetoïde 1987 SF6.
Het waarneemstation lag 58 km ten NW van de centrale bedekkingslijn, en 50
km buiten het voorspelde schaduwpad. De bedekking vond 3 seconden eerder
plaats dan voorspeld. De bedekkingsduur lag in de buurt van wat verwacht
werd.
Op de figuur rechts is de bedekking zichtbaar.
2 juli 2021, bedekking door (2919) Dali.
Omstreeks 22:25 UT werd vanuit Zeddam een bedekking waargenomen van
een magnitude 11,9 ster door de planetoïde Dali. Volgens de voorspelling zat
de waarnemer op 6 km va de centrale lijn van de 18,5 km grote planetoïde,
en zou de bedekking maximaal (op de centrale lijn dus) 2 seconden kunnen duren. De waargenomen bedekkingstijd blijkt echter 3,2 s te zijn. Hieruit valt af te
leiden dat Dali in ieder geval minimaal 31 km groot moet zijn, indien precies vanuit de werkelijke centrale lijn zou zijn waargenomen. In dat geval ligt de baan 6
km noordelijker dan voorspeld.
In totaal 6 waarnemers hebben geprobeerd deze bedekking waar te nemen, echter voor 5 was het bewolkt.
Artemis, bedekking op 9 juni 2021.
Op 9 juni gaat Artemis voor een vrij heldere magnitude 10,9
ster langs. In Nederland loopt de bedekkingszone over Noord
Friesland en Groningen. Vanuit Noord Duitsland wordt bij
Wildeshausen, een plaatsje 30 km ten zuidwesten van Bremen,
een bedekking waargenomen van 16,6 seconden. Nog 7 andere
waarnemers keken, en in totaal drie zagen inderdaad de
bedekking optreden. Uit de meetgegevens kan de grootte van
Artemis op 124 * 94 km berekend worden.
Op de afbeelding rechts zijn de bedekkingskoorden te zien.
Waarnemers 1 en 2 zagen geen bedekking. Waarnemer 4 zag de
bedekking gedurende 16,6 seconden, bij waarnemer 5 duurde
de bedekking 6,3 seconden en waarnemer 6 zat helemaal aan
het randje en zag de ster slechts 4 seconden achter Artemis
verdwijnen.
22-23 april 2021 - fotometrie aan (511)
Davida:
Fotometrie aan de planetoïde (511) Davida
heeft bevestigd dat Davida in lichte mate
instabiel roteert. De lichtcurve van Davida is
nu tijdens meerdere opposities vastgelegd, en
hoewel de rotatieperiode hetzelfde blijft, is de
vorm van de licht rotatiecurve soms
behoorlijk verschillend. Davida roteert in 5,13
uren om zijn (hoofd)as, maar draait
daarnaast nog zeer langzaam om een
secondaire as.
Hiernaast zijn de fotometrische waarnemingen
aan Davida weergegeven en passend aan
elkaar gelegd. De metingen van 23 april staan
er dubbel in (groen en paars). Op de
horizontale as is weergegeven de dag en op
de verticale as de helderheid in magnitude.
23 april 2021 - bedekking door 2001 OT35 :
Vanuit Zeddam is een bedekking waargenomen door de naar schatting 22 km
grote planetoïde (30545) 2001 OT35. De bedekking duurde 0,82 s.
Omdat de maximale bedekkingstijd op de grootste doorsnede van de schaduw
omstreeks 1,6 s zou bedragen, duidt dat erop dat de bedekking nabij de rand
van 2001 OT35 plaatsvond. De waarneemplaats lag een klein stukje naast het
vooraf voorspelde bedekkingspad.
Aan de rechterzijde is de bedekking van 2001 OT35 grafisch weergegeven. Op
de horizontale as staat het framenummer, en verticaal is de fluxhelderheid
weergegeven.
Waarnemingen
Hier worden waarnemingen gedaan door leden van de werkgroep en opmerkelijke waarnemingen van anderen weergegeven.